Aerts, B.A. (1993) Vernatting en het effect op de nutriëntenbeschikbaarheid. Master's Thesis / Essay, Biology.
|
Text
Biol_Ma_1993_BAerts.CV.pdf - Published Version Download (937kB) | Preview |
Abstract
In de (half-)natuurlijke graslanden van beekdalen zijn door bemesting en ontwatering, veel soortenrijke vegetaties verdwenen. In een groot aantal van deze graslanden wordt al 20 jaar herstelbeheer (maaien en afvoeren) toegepast. Dit verschralend beheer heeft in veel gevallen niet tot het beoogde resultaat geleid. Indroging van de veenbodems lijkt de hoofdoorzaak van dit mislukken. Voor de regeneratie van (half-)natuurlijke graslanden lijkt het herstel van de hydrologie dan ook een eerste vereiste. In dit onderzoek wordt gekeken naar het effect van vernatting van verdroogde laagveenbodems op de nutriënten beschikbaarheid voor de vegetatie. Er zijn twee experimenten uitgevoerd. De eerste is een factoriële bemestingsproef, waarbij een intact Calthion (referentie) en een verdroogd Calthion bemest zijn met o.a. N, P en K of combinaties daarvan. Door verschillende factoren is er bij dit experiment nog geen effect van de toegediende nutriënten opgetreden. Wel is gebleken dat de bovengrondse fytomassaproductie van het referentie perceel significant hoger is (p<0.05), dan de productie van het verdroogde perceel. Het tweede experiment is een Bouma-Janssen (dubbele-pot) experiment, waarvoor uit de geschetste vegetaties plaggen zijn gestoken. Deze plaggen zijn in de kas op voedingsoplossingen gezet waarbij stapsgewijs één nutriënt is weggelaten. De helft van de plaggen uit het verdroogde perceel zijn op een emmer met de voedingsoplossing gezet. De plaggen uit het referentie perceel zijn, evenals de helft van de plaggen uit het verdroogde perceel, door middel van een speciale constructie in de emmer gehangen. Op deze wijze konden de plaggen vernat worden. Bij de drie behandelingen zijn N en K de limiterende nutriënten, terwijl P in geen enkel geval limiterend is. Vernatting van verdroogde plaggen geeft over de gehele proef genomen, geen verschil in fytomassaproductie. Wel treedt er een verschuiving op in het aandeel van een aantal soorten. Vernatting leidt voor de huidige vegetatie niet tot een effect op de nutriënten beschikbaarheid.
Item Type: | Thesis (Master's Thesis / Essay) |
---|---|
Degree programme: | Biology |
Thesis type: | Master's Thesis / Essay |
Language: | Dutch |
Date Deposited: | 15 Feb 2018 07:47 |
Last Modified: | 15 Feb 2018 07:47 |
URI: | https://fse.studenttheses.ub.rug.nl/id/eprint/9987 |
Actions (login required)
View Item |