Molen, P.P. van der (1972) Gedragsgenetica huismuizen. Master's Thesis / Essay, Biology.
Text
Biol_Ma_1972_PPvanderMolen.CV.pdf - Other Restricted to Registered users only Download (11MB) |
Abstract
Er werd een studie gemaakt van de gedragsverschillen tussen huismuizen, die leefden in sociaal verband. Daartoe werden onder meer protocollen gemaakt van 36 ♂♂, waaronder CPB's ♂♂, C57 ♂♂ en (F-I) ♂♂ (hybriden). Aan de hand van de protocollen werden karakteristieken ontworpen voor elke muis, zodat van elk der 36 ♂♂ een zo volledig mogelijke serie van gegevens werd verkregen omtrent hun individuele eigenschappen. Deze gegevens werden met behulp van diverse multivariate statistische technieken geanalyseerd en ontbonden in factoren, die gedragseigenschappen aanduidden. Door middel van 6 factoren werd ruin 80 % van de berekende covarianties verklaard. Deze 6 factoren werden geïnterpreteerd als: -Dominantie -Veel vreedzaam sociaal gedrag (A) -Veel passief (niet actief) gedrag (B) -Veel exploreer- en intolerant-territoriaal gedrag (C) -Raskenmerken Dominantie bleek een alles-of-niets kenmerk te zijn, en bovendien blijkt dominantie reversibel te zijn in sociaal verband. De variatie voor de drie gedragsfactoren A, B en C bleek continue te zijn, terwijl deze eigenschappen onafhankelijk varieerden van elkaar en van de sociale rol. Vermoedelijk speelt genetische aanleg een belangrijke rol bij de gedragseigenschappen A, B en C. De raskenmerken bleken relatief onbelangrijk te zijn in dit verband. Of een muis dominant wordt of niet, wordt vermoedelijk slechts in beperkte mate beïnvloed door zijn aanleg, en voornamelijk door de sociale omstandigheden. Meer expliciete gegevens hieromtrent werken elders vermeld. Exploreergedrag en intolerant territoriaal gedrag bleken dezelfde oorsprong te hebben en niet rol-gebonden te zijn. Het gedrag van de hybride ♂♂ bleek niet intermediair te zijn tussen dat van CPB’s en C-57, maar bleek sterke overeenkomst te vertonen met het gedrag van wilde muizen. Dit wees op heterosiseffecten in deze hybriden en derhalve op het feit, dat de betreffende inteeltlijnen (CPB’s en C-57) mank gaan aan homozygoot recessieve deficiënties ten aanzien van het gedrag. Van de ontworpen dimensies van gedragseigenschappen werden ‘sleutels’ voor de praktijk ontworpen.
Item Type: | Thesis (Master's Thesis / Essay) |
---|---|
Degree programme: | Biology |
Thesis type: | Master's Thesis / Essay |
Language: | Dutch |
Date Deposited: | 15 Feb 2018 07:47 |
Last Modified: | 15 Feb 2018 07:47 |
URI: | https://fse.studenttheses.ub.rug.nl/id/eprint/9974 |
Actions (login required)
View Item |